In en om onze huizen leven vaak beschermde vogel- en vleermuissoorten. Soorten die veel gezelligheid brengen met hun gekwetter en gefladder. Soms is het lastig omdat deze vogels en vleermuizen door onze verbouwing of spouwmuur- en dakisolatie permanent verjaagd kunnen worden. Het is daarom verboden om hun nestplek te verstoren. Dat brengt soms extra werk en vertraging met zich mee. Dat extra werk en geduld is hard nodig want deze soorten hebben het zwaar door te weinig nestplekken of voedselaanbod. Wilt u ze helpen, lees dan snel verder!
Verbouwen of isoleren?
Wilt u uw woning verbouwen, check dan via de Beschermde Soorten Indicator of er beschermde soorten bij uw woning voorkomen. Wilt u uw dak of spouwmuur isoleren, lees dan de informatie over ons Soorten Management Plan.
Leer de soorten kennen
Huismus
In een gezellige buurt vliegt de huismus nooit ver. Een nestje onder de dakpannen, een dichte hoge struik om in te schuilen voor de deur, een bloemenzee met beestjes en zaadjes om de hoek en een vijver om de dorst te lessen. Badderen doet hij in een zandbak. De huismus is een bedreigde vogelsoort die onze hulp goed kan gebruiken! Maak uw tuin huismusvriendelijk met dichte, groenblijvende struiken, inheemse bloeiende planten, nestplekken en een fijne drink- en badderplek.
Spreeuw
De spreeuw herken je aan hun gekwetter waarin ze geluiden van anderen en zelfs omgevingsgeluiden nabootsen, zoals het geluid van mobiele telefoons. Ze broeden vaak in gebouwen aan de rand van steden en dorpen. Buiten de broedtijd vormen ze grote groepen die als een dansende wolk boven hun slaapplaats bewegen. Spreeuwen kunt u helpen door uw gras minder vaak te maaien en daarmee het bodemleven te stimuleren. U kunt ook nestkasten in bomen of spreeuwenpotten tegen uw gevel te plaatsen.
Huiszwaluw
De huiszwaluw maakt komvormige nesten van klei en zand. Je vindt deze nesten meestal tegen gebouwen net onder de dakrand. Huiszwaluwen broeden graag in groepen bij elkaar in de buurt. Ze eten muggen en andere vliegende insecten. Die vangen ze tijdens het vliegen in grote hoeveelheden. Aan het einde van de zomer trekken huiszwaluwen naar zuidelijk Afrika om te overwinteren. De soort is daarmee net als de gierzwaluw en de boerenzwaluw een echte langeafstandstrekker.
Gierzwaluw
De gierzwaluw is een echte luchtacrobaat. Met snelheden tot wel 200 kilometer per uur duikt de vogel door de lucht. De gierzwaluw leeft zijn hele leven in de lucht. Alleen tijdens de broedtijd zoeken ze een plek voor hun nest. Dit doen ze meestal onder bij de dakrand of onder dakpannen. In de broedtijd kun je de vogels herkennen aan hun scherpe, gierende geluiden en prachtige duikvluchten. U helpt gierzwaluwen het meest door hun nestplaatsen niet te verstoren. Generaties gierzwaluwen maken namelijk achter elkaar gebruik van dezelfde nestplaatsen. U kunt ook nestgelegenheid creëren. Geduld is een schone zaak want het kan jaren duren voordat de gierzwaluw uw nestplek heeft gevonden. In de tussentijd zijn huismussen of spreeuwen blij met de nestgelegenheid!
Gewone dwergvleermuis
Deze vleermuis formaat luciferdoosje woont in kieren en spleten van gebouwen en bomen. ’s Nachts trekt deze eropuit om vliegen en muggen te vangen in tuinen en parken in de buurt. In één nacht kunnen ze wel 1.000 insecten eten. Dat scheelt een hoop muggenbulten.
Laatvlieger
Met een spanwijdte van meer dan 30 centimeter is deze vleermuis een van onze grootste vleermuizen. Zijn naam dankt hij aan het feit dat hij later uitvliegt dan een andere grote vleermuissoort, de rosse vleermuis. Op heldere avonden is de laatvlieger vanwege zijn grootte goed te zien. De soort vliegt traag en fladderend, met soms scherpe duikvluchten. Hij jaagt langs randen van parken, bomen en boven tuinen.